Het Fonds voor bestaanszekerheid voor de stoffering en houtbewerking werd opgericht bij beslissing van 29/07/64 van het nationaal paritair comité voor de stoffering en houtbewerking (PC 126) en algemeen verbindend verklaard bij KB van 12/02/1965.
Het doel van het Fonds was in oorsprong de financiering, de toekenning en de uitbetaling van de sociale voordelen aan de arbeiders en arbeidsters die tewerkgesteld waren in een onderneming die ressorteert onder het PC 126 te verzekeren. Later werd deze doelgroep uitgebreid met weduwe(naars) en erfgenamen van rechthebbende arbeiders waardoor het Fonds mee bijdroeg aan de herverdelingsfunctie van de sociale zekerheid. Op 1 april 2021 werd het bevoegdheidsgebied van het paritair comité voor de stoffering en de houtbewerking verruimd tot alle werknemers van de bedrijven die activiteiten uitoefenen die in het bevoegdheidsgebied zijn beschreven. Vanaf dat moment is het PC 126 dus niet langer uitsluitend bevoegd voor de arbeiders, maar ook voor de bedienden.
Daarnaast draagt het FBZ ook bij aan Woodwize (het vroegere Opleidingscentrum Hout) en Wood.be (het vroegere Technisch centrum voor de houtnijverheid). Woodwize helpt bedrijven een duurzaam opleidings- en competentiebeleid uit te bouwen en een doordacht veiligheids- en welzijnsbeleid uit te werken. Wood.be ondersteunt de ondernemingen bij het realiseren van een innovatieve en duurzame toekomst.
De aanvullende vergoedingen werden in de loop der jaren steeds talrijker en aangepast aan de sociaal-economische realiteit. Momenteel zijn de belangrijkste vergoedingen die worden uitgekeerd : de getrouwheidspremie, de vergoeding bij tijdelijke werkloosheid, de vergoeding bij langdurige ziekte, arbeidsongeval en invaliditeit, een sociaal voordeel aan de leden van een vakorganisatie, de vergoeding aan gepensioneerden en Woodlife.
De financiering van het Fonds bestaat uit bijdragen gestort door de werkgevers van het PC 126. De bijdrage bestaat uit een percentage berekend op de brutolonen tijdens een referteperiode. Het percentage wordt door het paritair comité bepaald. De inning van deze bijdragen gebeurt door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid.
Het Fonds wordt beheerd door een paritair beheerscomité samengesteld uit vertegenwoordigers van de vakbonden en uit vertegenwoordigers van de werkgevers. Dit beheerscomité beschikt over de meest uitgebreide rechten voor het beheer en de administratie van het Fonds.